14) Twee kroppen sla per week

In deze tip:

• Sla zaaien bij erg warm, droog weer (nieuw)
• Korte omschrijving met foto’s
• Waarom elke week 2 kroppen sla
• A)#  December t/m maart. Zaai binnenshuis. Zet sla-plantjes in de tuingrond onder een kas of onder een doorzichtig bloempotje of bakje.
• B)# Zaai van maart/april tot augustus in de tuingrond.
• C) Sla kweken bij warm, droog weer.
• D)# Label of stokje
• E)# Beestjes weghouden van de sla-planten
• F)# Opmerkingen
• G)# Kropsla-planten in de tuin van Sjef

Hier wordt beschreven hoe je van eind april tot begin december 2 kroppen sla (kropsla, ijsbergsla) per week kunt oogsten.

.

Sla zaaien bij erg warm, droog weer

Slazaadjes ontkiemen goed tussen 10 en 20 gr C. Als je sla in je tuin zaait bij erg warm zomerweer, dan komen er maar weinig plantjes op. Dit gaat beter:

1. Zaai veel slazaadjes in een groep in de tuingrond en zet 2 bloempotten (een grote over een kleine pot) over de groep. Onder de potten is het koeler en er zullen minstens 2 sla-plantjes per groep opkomen (zie tip 43).
2. Zaai sla in bloempotjes met compost (zie hoofdstuk A). Zet de potjes op een koele plek (15 – 20 C). Laat de opgekomen plantjes in de potjes op een lichte plek groter groeien. Zet de groot gegroeide sla-planten (5 – 10 cm groot) in de tuingrond; grote planten worden daar niet opgevreten door slakken.
3. Heb je geen koele plek: zaai sla op vochtig wc-papier. Laat de zaadjes op het papier ontkiemen. Tussen 20 en 30 C ontkiemen veel zaadjes. Zet mini sla-plantjes in potjes compost. Laat de plantjes in de potjes op een lichte plek groter groeien. Zet de groot gegroeide sla-planten (5 – 10 cm groot) in de tuingrond; grote planten worden daar niet opgevreten door slakken.

Deze werkwijze (wc-papier, bloempotje, uitplanten als groter) kun je altijd gebruiken voor het kweken van (krop)sla.

.

Korte omschrijving met foto’s

Hieronder staan foto’s waarop is te zien hoe je heel gemakkelijk kropsla kunt opkweken in je tuingrond (van april tot juli). Met zaaien en uitdunnen.

Zie foto’s hierboven:

• Zaai elke week op 2 plekjes in de tuingrond (5 tot 10 zaadjes per plekje). Bedek de zaadjes met een dunne laag vochtige tuingrond.
• 2 tot 4 cm groot, trek op elk plekje alle sla-plantjes op 2 na uit de grond.
• Groter dan 5 cm, trek op elk plekje het kleinste plantje uit.
• Op elk plekje staat 1 sla-plantje dat uitgroeit tot 1 grote krop.
• Ga geen sla-plantjes verplanten; ze blijven op hun oorspronkelijke plek.
• Niet verplanten is minder werk en geen “zielige” plantjes na het verplanten.
• Twee zaaiplekjes leveren twee grote kroppen sla.
• (Wil je meer kroppen sla oogsten, zaai dan op meer plekjes in de tuingrond).

.

Waarom elke week 2 kroppen sla ?

Zaai je elke week 2 groepjes sla, dan oogst je later elke week 2 grote kroppen sla. Heb je zelf maar 1 krop sla nodig, dan kun je 1 krop weggeven. Als 1 krop sla doorschiet (bloemstengel) of rotte bladeren heeft dan heb je 1 gave krop over.

(je mag natuurlijk meer of minder dan 2 groepjes per week zaaien)

.

In deze tip worden 3 zaai-tijden beschreven:

• A) December t/m maart. Zaai binnenshuis. Zet sla-plantjes in de grond onder een (tunnel)kas of onder doorzichtige bakjes of bloempotten.
• B) April t/m augustus. Zaai in de tuingrond.
• C) Sla kweken bij warm, droog weer. Zaai binnenshuis in een bloempotje met compost of op vochtig wc-papier. Of gebruik de werkwijze met “twee bloempotten over elkaar per zaaigroepje” zoals beschreven in tip 43.

.

A)#  December t/m maart. Zaai binnenshuis. Zet sla-plantjes in de tuingrond onder een kas of onder een doorzichtig bloempotje.

Zaai in december, januari, februari en maart binnenshuis. Sla-zaad ontkiemt dan niet buiten; veel te koud. Zaai 1 keer per week binnenshuis.

A1) Zaaien

Je kunt sla zaaien in een bloempotje met compost of potgrond. Of zaai sla op vochtig wc-papier en zet de mini-plantjes in een potje met potgrond of compost. Meer info in hoofdstuk   D5)  .

Je kunt zaaien in bloempotjes met inzetpotje en stripje. Uithalen van de potkluit met plantjes en in de grond zetten gaat dan heel gemakkelijk. Zie ook     tip 30    .

• Zet stripjes in kleine bloempotjes met inzetpotjes.

• Schrijf info op stripjes.
• Zaaigrond; mengsel van potgrond of gezeefde compost, mest en tuinkalk.
• Vul de potjes met zaaigrond.
• Druk de grond aan (met onderkant van een bloempotje). Aangedrukte zaaigrond valt niet zo gemakkelijk uit elkaar, tijdens het uitplanten, later.
• Sproei water op de zaaigrond in de potjes.

• Je kunt slazaadjes in een dopje doen en de zaadjes oppikken met een pincet of de vochtig gemaakte punt van een cocktailprikker.

• Of schep met ’n mini theelepeltje sla-zaadjes uit het zaadzakje.

• Leg in elk bloempotje enkele zaadjes op de vochtige zaaigrond.

• Strooi een dun laagje gezeefde droge tuingrond (of potgrond) op de zaadjes.

• Zet de potjes in een klein margarinekuipje (250 grams).
• (Doe elastiekjes over de potjes en het kuipje).
• Zet een groot kuipje (450 grams) over. Door de elastiekjes blijft het groot kuipje op z’n plaats (en zakt niet naar onder). Maar als je het groot kuipje voorzichtig opzet (zonder elastiekjes) blijft het ook op z’n plaats.
• Dit geheel is een “kweekkasje van margarinekuipjes” (zie    tip 2    nr 1).
• In dit kweekkasje passen 2 bloempotjes en droogt de zaaigrond niet uit.

.

Waar ?

Sla-zaad ontkiemt goed tussen 15 en 20 C. Om in je huis een plekje te vinden waar de temp goed is kun je dit doen:

• Vul kweekkasjes (elk) met 1 bloempotje met afgedekte slazaadjes.
• Zet de kweekkasjes op verschillende plekken in je huis.
• Kijk na 4 tot 7 dagen of er slaplantjes opgekomen zijn.

In de 2 bloempotjes (links en midden ) zijn kleine sla-plantjes te zien. Die stonden op een goed plekje in huis. Zijn er na 7 dagen nog geen sla-plantjes te zien, dan stond het kasje te koud of te warm. Of het sla-zaad is oud.

.

Verder met zaaien

Haal het bovenste kuipje er af zodra de eerste plantjes net zichtbaar zijn. Beter te vroeg afgehaald dan te laat. Te laat afhalen geeft dunne, lange sla-plantjes.

Zet de potjes op een lichte, koele plek in huis (slaapkamerraam, keukenraam, zolderraam). Niet voor een raam aan de zonkant (zuidkant); dat is te warm.

Laat de sla-plantjes in huis groter groeien. Zet ze (als het niet vriest) in de tuingrond onder een kas of onder een doorzichtig bloempotje of bakje. Dun uit als nodig.

.

Ander “kweekkasje”

Je kunt de potjes op een schaaltje zetten en er 2 grote margarinekuipjes overheen zetten.

.

Sprietig en lang

Soms zijn de plantjes binnenshuis dun, lang en sprietig geworden. Hieronder twee tips om dit te voorkomen of te herstellen.

Tip 1): Minder zaaigrond in het potje doen.

• Doe minder zaaigrond in de potjes; net boven de helft.
• Strooi extra zaaigrond tussen de opgekomen plantjes en druk de zaaigrond aan (theelepeltje). Strooi meer grond op en druk aan als nodig.
• De plantjes staan nu weer op de juiste hoogte.
• Door het aandrukken valt de wortelkluit later bij het planten niet uit elkaar.

.

Tip 2):  Een laagje zaaigrond van de onderzijde potkluit afhalen.

  

Heb je de potjes te vol gevuld voor het zaaien, doe dan dit:

• Sproei de zaaigrond,
• Haal de potkluit met plantjes uit het potje en zet die op een plankje.
• Snijd een laagje zaaigrond onder van de potkluit af (met schil)mesje).
• Zet de potkluit met plantjes voorzichtig in de inzet, in het bloempotje.
• Druk de potkluit voorzichtig naar onder.
• Strooi extra zaaigrond tussen de opgekomen plantjes en druk de zaaigrond aan (theelepeltje). Strooi meer grond op en druk aan als nodig.
• De plantjes staan nu weer op de juiste hoogte.
• Door het aandrukken valt de wortelkluit later bij het planten niet uit elkaar.

.

A2) Uitplanten

Laat de sla-plantjes aan de buitentemperatuur wennen; zet ze 1 of 2 dagen bij 10 tot 15 gr C. Plant ze daarna als de tuingrond niet bevroren is en als het niet vriest. Bij vriesweer enkele dagen wachten tot vorstvrij weer.

Hieronder staat hoe je heel handig de plantjes in de tuingrond uitplant.

• Sproei water op de grond in de bloempotjes en druk aan (tegen uiteenvallen).
• Maak op 2 plekjes tuingrond los en meng mest/compost en tuinkalk door.
• Maak op elk plekje een kuiltje, zet een potje in en druk de grond rondom aan.
• (Of steek een buis in de grond, wiebel en haal de buis uit de grond om een passend  \  / – vormig kuiltje te maken).

• Haal de bloempotjes uit de grond.
• (Of je hebt met een  buis 2   \  / – vormig kuiltjes gemaakt.

• Haal bij elk bloempotje de inzet uit het potje en zet die op de tuingrond

• Trek bij elke inzet het stripje enkele mm ophoog en laat los; zo komt de potkluit los.
• Pak elke potkluit voorzichtig van de inzet af en laat die in het kuiltje vallen of glijden.
• Giet of sproei water op de potkluit en op de tuingrond.

.

A3) Bescherming tegen de kou

In de winter kan de wortelkluit van een sla-plantje bevriezen. De plant gaat dan dood.

In het vroege voorjaar groeien sla-plantjes langzaam, het is te koud. Het is slim om de sla-plantjes dan onder doorzichtig bakjes of onder (in) een (tunnel)kas te planten. Hieronder info;

.

A3a) Onder doorzichtige bakjes planten.

Je kunt lege, doorzichtige plastic bakjes van champignons of druiven of . . . . gebruiken. Zet ze over de sla-plantjes in je tuin. Heeft het bakje geen bodemgaatjes, dan maak je ze zo;

• Prik met een spijker (of punt van het schaartje) een gaatje in de bodem.
• Gebruik een scherp (nagel)schaartje om het gaatje groter en rond te maken.

.

In februari en begin maart kan het in de tuin erg koud zijn. Zet dan 2 bakjes over elkaar over de sla-plantjes. Zo;

• Het sla-plantje staat in de tuingrond.
• Maak een soort slootje rondom de plant, daar waar het bakje gezet wordt.

• Giet (veel) water rondom het plantje, totdat de grond (erg) vochtig is.
• Zet een (champignon)bakje over het plantje in het slootje.
• Schuif tuinaarde tegen het bakje.

Sla-planten onder een doorzichtig bakje of potje zijn beschermd tegen lichte vorst. Tot ongeveer -5 gr C buitentemperatuur bevriezen de worteltjes van de sla-plantjes niet.

• Zet nog een bakje over het bakje heen.
• Schuif wat tuinaarde tegen het potje tegen wegwaaien.

Sla-planten onder twee doorzichtig bakjes of potjes zijn beschermd tegen matige vorst. Tot ongeveer -10 gr C buitentemperatuur bevriezen de worteltjes van de sla-plantjes niet.

Onder de bakjes is het warm en de grond blijft lang vochtig. Water geven:

• haal het bovenste bakje weg,
• giet water door de bodemgaatjes van het onderste bakje,
• zet het bovenste bakje weer over het onderste bakje,
• schuif tuinaarde tegen het bakje.

• Als het minder koud is, haal beide bakjes weg.
• Schuif aarde aan rondom het plantje.

• Zet 1 bakje over het sla-plantje.
• Schuif tuinaarde tegen het potje.
• Als je water wil geven, giet dan water door bodemgaatjes.

Haal het bakje af als het plantje groter is en/of het minder koud is. Laat het plantje groter groeien.

In april en mei kun je een open tunnel over de grootste sla-planten zetten. Tegen koude nachten. En je hebt eerder grote kroppen.

Deze werkwijze gaat erg goed. Je hebt vanaf eind april grote goede kroppen sla.

.

A3b) Onder een tunnelkas planten

Bij erg koud weer of in een kouder klimaat kun je slaplantjes onder een (tunnel)kas planten, als nodig met doorzichtige bakjes over elke sla- plant.

Onder 1 tunnel zijn de sla-planten  beschermd tegen lichte vorst. Tot ongeveer -5 gr C buitentemperatuur bevriezen de worteltjes van de sla-plantjes niet.

.

Als je onder de (tunnel)kas doorzichtige potjes of bakjes over de plantjes zet, dan zijn de sla-planten beschermd tegen matige vorst. Tot ongeveer -10 gr C buitentemperatuur bevriezen de worteltjes van de sla-plantjes niet.

.

Als je onder de (tunnel)kas 2 doorzichtige potjes of bakjes over elkaar over de plantjes zet, dan zijn de sla-planten beschermd tegen strenge vorst. Tot ongeveer -15 gr C buitentemperatuur bevriezen de worteltjes van de plantjes niet.

.

A4) En verder

• Als nodig de sla-plantjes water geven.
• Als de grond rond de wortels van de plant niet bevriest blijft de sla in leven.
• Slablaadjes mogen bevriezen. Bij warm weer groeien de blaadjes weer door.
• Haal doorzichtige bakjes af of zet ze op afhankelijk van de temperatuur.
• Bij plantjes in/onder een kas kun je in maart alle doorzichtige potjes of bakjes eraf halen. De plantjes groeien daarna onder de tunnel of in het kasje.
• Bij warm zonnig weer kun je overdag de kas openzetten (‘s-nachts dicht).
• Sla-planten in de open lucht kunnen tegen enkele graden vorst.
• Als er 2 of meer sla-plantjes in een groepje staan kun je ze uitdunnen als nodig. Geef water na het uitdunnen.

.

.

B)# Zaai van maart/april tot augustus in de tuingrond.

Vanaf maart kan je sla ter plekke in de tuingrond zaaien.

B1) Zaaien

• Kies wekelijks 2 plekjes om sla te zaaien. Onderstaande geldt voor elk plekje:
  • Maak de grond los.
  • Meng mest of compost (en tuinkalk) door de grond.
  • Sproei de grond nat (gieter met fijne broes).
  • Leg 5 tot 10 slazaadjes op de grond.
  • Strooi vochtige verkruimelde grond op de zaadjes, (laagje 1/2 cm dik).
  • Zet een (zwart) bloempotje omgekeerd op het zaaiplekje.
  • Het bloempotje aanaarden zodat het niet wegwaait.
  • Bij droog weer door de bodemgaatjes van het bloempotje water geven.

.

Doorzichtig potje (of doorzichtig bakje) over:

Zet bij koud weer een doorzichtig potje (of bakje) over het bloempotje na het zaaien. Schuif aarde tegen het potje tegen wegwaaien. Onder de potjes ontkiemen de zaadjes goed en snel; het is er niet zo koud tijdens koude (vries)nachten.

.

B2) Plantjes zijn opgekomen.

• (Haal het doorzichtige potje of bakje van het bloempotje af).
• Haal het bloempotje van de plantjes af zodra de plantjes zijn opgekomen. Dit is na 5 tot 15 dagen.

• Zet bij koud weer een doorzichtig potje over de sla-plantjes.
• Schuif tuingrond tegen het potje tegen wegwaaien.

• Of zet dan een doorzichtig bakje met bodemgaatjes over de plantjes.
• Haal bij warm weer de doorzichtige potjes of bakjes weg. Zet ze bij koude nachten weer over de plantjes.
• Geef de sla-plantjes water via de gaatjes in de bodem.
• Als het warm weer blijft en/of de sla-plantjes zijn groter gegroeid, zet dan geen doorzichtige potjes of bakjes meer over de plantjes.
• Plantjes zijn 3 cm hoog; trek het kleinste uit tot 2 plantjes over. En sproeien.
• Plantjes zijn 5 cm of hoger; trek het kleinste plantje uit. En sproeien.

.

B3) Slazaadjes in een mini theelepeltje.

Als je de sla-zaadjes tussen duim en wijsvinger pakt en op een zaaiplekje strooit da staan de opgekomen plantjes vaak erg dicht op elkaar. Dat is moeilijker bij het uitdunnen.

Je kunt met een mini theelepeltje sla-zaadjes uit het zaadzakje scheppen en op het zaaiplekje beter verdelen. Dan liggen er minder zaadjes in het groepje en gaat later het uitdunnen beter.

.

B4) Horrengaaspotje of bloempotje

Je kunt een bloempotje of een “horrengaaspotje” over het zaaisel zetten.

Door de bodem van een horrengaaspotje kun je de kleine sla-plantjes beter zien.

Kleine sla-plantjes onder een horrengaaspotje zijn kort en stevig. Onder een gewoon bloempotje zijn ze sprietig en lang (omdat het daar donkerder is).

In tip 2)  bij nr 72 staat een beschrijving van het horrengaaspotje.

.

C) Sla kweken bij warm, droog weer.

Bij erg warm weer ontkiemt sla-zaad in de tuingrond onder een bloempotje slecht. Uit veel sla- zaadjes groeien dan maar 1 of enkele plantjes, die vaak na enkele dagen door beestjes zijn opgegeten. Zonde van het werk.

.

C1) Twee bloempotten over elkaar

Kies veel zaaiplekjes in je tuingrond om veel sla-planten te kweken. Bij warm weer gaan veel slaplanten “schieten” (een bloemstengel vormen) en geen grote krop vormen. Meer plantjes betekent meer grote kroppen.

Je kunt na het zaaien een dikke laag grond op strooien. Zet 2 bloempotten over elkaar over het zaaisel, 1 kleine en 1 grote. Dan worden de sla-zaadjes in de grond overdag niet te warm. En gaan er veel sla-plantjes opkomen. Info:

• Maak veel zaaiplekjes in de tuingrond.
• Zaai op elk zaaiplekje veel (minstens 30) sla-zaadjes op vochtige tuingrond.

• Strooi op elk zaaiplekje een (iets dikker) laagje vochtige tuingrond op de zaadjes.

• Zet op elk zaaiplekje een klein bloempotje of een potje met horgaasbodem over het zaaisel.
• Schuif grond tegen de zijkant van elk potje (tegen warme lucht instromen).

• Zet op elk zaaiplekje een grote rode (of witte) bloempot over een klein potje.
• (zet geen grote zwarte bloempot over, die wordt erg warm in de zon).
• Schuif grond tegen de zijkant van de potjes (tegen warme lucht instromen).
• Ga elke dag na of de grond droog is en of er al plantjes zijn opgekomen;
  • Haal de grote bloempot weg,
  • Haal het kleine bloempotje weg.
  • Bekijk de grond op de zaadjes; te droog, sproei dan water op de grond.
  • Ga na of er al sla-plantjes zijn opgekomen;
    • Zijn er geen of heel kleine sla-plantjes, zet dan het bloempotje en de grote bloempot weer over het zaaisel.

• Zijn er veel opgekomen sla-plantjes, zet dan geen bloempotten over.
• Giet elke dag water op de plantjes (met gieter met fijne broes).
• Laat de plantjes groter groeien.
• Dun uit naar 3 of 4 plantjes per groepje als de plantjes ongeveer 5 cm hoog zijn.
• Dun uit naar 1 of 2 plantjes als de plantjes hoger dan 7,5 cm zijn.

.

Deze werkwijze gaat redelijk goed en is niet veel anders dan de gewone sla-zaai in de tuingrond.

.

C2) Op vochtig wc-papier zaaien, in potjes planten en uitplanten

Je kunt ook sla op vochtig wc-papier zaaien, mini sla-plantjes in potjes met compost zetten en later grotere plantjes in de tuingrond planten. Zie onder.

• Info over deze werkwijze in   tip 2)   nr 73.
• Strooi sla-zaadjes in een (wit) dopje of bakje (heel handig)..
• Leg gevouwen wc-papier in een bakje (je kunt een grijs plaatje invouwen).
• Sproei of giet water op het papier. Giet overtollig water uit het bakje.
• Leg sla-zaadjes op het vochtig wc-papier. Zaadjes opprikken gaat handig met de vochtige punt van een cocktailprikkertje.
• Leg een passend deksel op het bakje (tegen uitdrogen).
• Laat de sla-zaadjes ontkiemen tussen 20 en 30 gr C. Veel slazaadjes gaan ontkiemen, zelfs bij hoge temperaturen.
• Als de eerste sla-plantjes er zijn, deksel af en een doorzichtig bakje overzetten.
• Als nodig dit bakje afhalen, water opsproeien, bakje weer opzetten.

• Sproei extra water op het vochtig wc-papier; dan laten de plantjes gemakkelijker los van het papier.
• Pak een sla-plantje tussen duim en wijsvinger van het wc-papier af.
• Knip een stukje van het worteltje. Dan gaat het planten gemakkelijker.
• Zet 2 plantjes in een bloempotje (met inzet en stripje) gevuld met een mengsel van compost, mest en tuinkalk.
• Zet alle sla-plantjes in potjes met plantgrond.
• Zet veel potjes in een grote bak; handig bij het verplaatsen of vervoeren.

• Geef regelmatig water op de planten en op de grond in de bloempotten.
• Laat de plantjes “thuis” groter groeien. Zet de plantjes overdag buiten en ‘s-nachts binnen (tegen slakkenvraat).

• Zijn de planten groter, dan kun je ze in de tuin onder een tunnelkas met open zijkanten zetten (open, anders is het te warm voor de planten).

• (bij 2 planten in een potje; trek het kleinste uit).
• Zet groter gegroeide sla-plantjes in de tuingrond.
• Sproei water op de plant en op de tuingrond.
• Laat de planten uitgroeien tot grote sla-kroppen.

.

Bij warm weer kunnen de plantjes uitdrogen of dood gaan.

Leg een laagje hooi rondom elk sla-plantje. Dan droogt de grond niet snel uit en water geven gaat gemakkelijker (water stroomt langs de sprietjes de grond in).

.

C3) Test: warm ontkiemen op wc-papier of in compost

Bij warm weer ontkiemen slazaadjes goed op vochtig wc-papier. In compost gaat het ontkiemen slecht. Zie onder.

Ontkiemen van sla bij warm weer (20 – 30 C). In 6 potjes met compost zijn 30 (6 x 5) sla-zaadjes gestrooid. Er zijn slechts 2 slaplantjes opgekomen.

Op vochtig wc-papier groeien 10 sla-plantjes uit 16 zaadjes.

Dus ontkiemen op vochtig wc-papier gaat goed, zelfs bij hoge temperaturen.

.

Doorschieten:

Bij warm weer kan sla in de bloei gaan, (doorschieten). De stengel van de sla-plant wordt dan erg groot met veel ruimte tussen de bladeren.

Een deel van mijn volkstuin op 1 oktober.

Van links naar rechts op deze foto:

• winterprei,
• 1 lange rij met doorgeschoten kropsla-planten,
• stapstenen,
• 1 korte rij met kleine slakroppen,
• andijvieplanten in een rij,
• 2 rijen aardbeiplanten.

Info over doorschieten van sla op het internet, zoals deze Engelstalige site   .

Daar staan 3 aanbevelingen om doorschieten te vertragen;

1. Kweek kropsla-rassen die niet snel doorschieten,
2. Zet in de zomer kropsla-planten in de schaduw (of span schaduwdoek of een  stuk wit laken boven de planten bij warm zonnig weer),
3.  Zorg dat de wortels van de sla-planten in vochtige grond staan. Leg een laag compost of hooi of zoiets op de grond om de stengel van de sla-planten. Giet elke dag water op de grond rondom de sla-planten. Je kunt ook een gietrand om de planten doen, hooi of compost in de gietrand doen en dagelijks water geven.

.

C4) Uitdunsel in potjes

Bij kropsla uitdunnen kun je de uitgetrokken sla-plantjes op de composthoop werpen. Als je deze plantjes in de tuingrond plant, staan ze er vele dagen slap en zielig bij (vooral op een zonnige warme plek).

Je kunt beter de uitgetrokken plantjes in bloempotjes met compost zetten. Zet de potjes op een schaduwplek totdat de plantjes stevig zijn. Zet de plantjes dan in de tuingrond.

Uit de grond getrokken kleine kropsla-plantjes.

• Knip brede stripjes (uit een deksel van een margarinekuipje).

• Zet een breed stripje in een bloempot met inzet.
• De bloempot op deze foto is bovenaan 7 cm breed.

• Doe compost/tuingrond mengsel in het bloempotje.
• Zet het uitgetrokken sla-plantje in het potje.

• Zet de bloempotjes met kleine sla-plantjes in de tuingrond;
  • op een koel, schaduwrijk plekje,
  • onder fijn gaas (tegen slakkenvraat en mussenvraat).
• Geef regelmatig water. Laat de sla-plantjes hier groter groeien.

.

Uitplanten:

• Sproei water op de grond in het potje.
• Druk de grond aan (met een theelepeltje). Dan valt de potkluit niet zo gemakkelijk uit elkaar.

• Haal de inzet uit het potje.

• Meng op de gekozen plek in de tuin mest en tuinkalk door de tuingrond.
• Maak daar een rond kuiltje in de tuingrond.
• Trek het stripje voorzichtig omhoog; de potkluit komt los.
• Pak de potkluit met plantje voorzichtig van de inzet (houd het stripje tegen).
• Laat de potkluit in het kuiltje vallen of glijden.
• Schuif grond om de potkluit.
• Geef water op de grond.

(het stripje op bovenstaande foto is een ander model, met 6 zijkanten).

.

Bij deze werkwijze wordt een stripje met een groot “voetje” gebruikt. Reden: het sla-plantje heeft maar weinig wortels gegroeid tijdens de tijd in het bloempotje, de potkluit valt dan gemakkelijk uit elkaar. Een groot voetje verkleint de kans op dit uiteenvallen.

In     Tip 30)  staat info over stripjes en inzetten.

.

C5) Laatste kropsla

Je kunt tot in november grote kropsla uit de tuin oogsten als je het volgende doet;

• Zaai rond 10 augustus “veel” kropsla op vochtig wc-papier.
• Zet de mini sla-plantjes in potjes met compost, plus een beetje mest en kalk.
• Plaats veel potjes met sla-plantjes in een lage bak.

• Je kunt de bakken onder een golfplaattunnel in de tuin zetten. De zijkanten van de tunnel zijn open (anders is het te heet eronder).

• In september zijn de sla-plantjes in de potjes groot genoeg om uit te planten.
• Haal sla-plantjes met wortelkluit uit de potjes en plant ze in de tuin grond.

• Je kunt de sla-plantjes planten op het veld waar de aardappelen stonden.
• (of ergens anders in je tuin).

• Leg een laagje droog hooi rondom elk sla-plantje tegen het uitdrogen van de grond en als bescherming tegen kou tijdens koude nachten.

• Begin oktober staan er veel sla-planten in de tuin.
• Je kunt vanaf november open golfplaattunnels over sla-planten zetten.

• Sla-planten op 1 december.

.

D)# Label of stokje.

Zet een stokje of strookje bij de kleine plantjes zodra die boven de grond zijn. Dan is er minder kans op per ongeluk omschoffelen of vertrappen.

.

E)# Beestjes weghouden van de sla-planten

Kitty schreef in een reactie dat mussen erg dol zijn op sla. Ook op het internet is daar veel over te vinden. Zie hier, bijna onderaan op deze site:   zaaisite.nl

Je kunt zulke kappen over de sla-planten zetten. Zie ook in    tip 2)     nr 80.

.

F)# Opmerkingen

1. Geschikte zaaigrond voor sla in potjes is potgrond of gezeefde compost. Meng de zaaigrond met een beetje gezeefde mest en tuinkalk.
2. Sla ontkiemt goed tussen 15 en 20 gr C. Door het zwarte bloempotje (of bloempotje met horrengaas-bodem) is de grond ongeveer zo warm.
3. En het zaaisel droogt dan niet snel op of spoelt weg tijdens stortregen.
4. En de zwarte bloempotjes geven aan waar gezaaid is.
5. De doorzichtige bakjes zijn minikasjes voor de kleine sla-plantjes.
6. Sla kan tegen enkele graden vorst.
7. Geef water door de bodemgaatjes in het bloempotje of bakje.
8. Zaai in augustus veel plantjes op vochtig wc-papier als je tot november/december sla wil oogsten.
9. Zet tijdelijk grote bloempotten over de kroppen en doorzichtige bloempotten over de kleine sla-planten als er hagel wordt verwacht. Zie foto bij G)#.

.

G)# kropsla-planten in de tuin van Sjef

Begin april:  grote en kleine sla-planten onder doorzichtige potten.

.

Midden april: dezelfde grote en kleine sla-planten (+ 2  keer zaadjes onder zwarte potjes).

.

Half mei:  dezelfde sla-planten (+ 2 keer zaadjes onder zwarte potjes).

.

Bloempotten over sla-planten (als er hagel is voorspeld).